Meer dan 100 jaar geleden bestond de verlichting uit olielampen (lanten genoemd). Eens de petrol uitgevonden, werden de olielampen, na veel tegenwerking van de olieslagers op de gemeente, door petrollampen vervangen.
Passendale: openbare verlichting in de tijd van toen
Meer dan 100 jaar geleden bestond de verlichting uit olielampen (lanten genoemd). Eens de petrol uitgevonden, werden de olielampen, na veel tegenwerking van de olieslagers op de gemeente, door petrollampen vervangen. Het was de tijd van de ‘quinquets’ en de ‘lampe Belge’. Van dan af aan werden de bijzonderste straten van de gemeente verlicht met petrollampen, vier per straat.
Rond 1910 werd de gasleiding gelegd. De gasketels stonden in de Stationstraat waar Verbeke nu woont. Het aansteken en uitdoven van de lichten, vier per straat, werd toevertrouwd aan Emiel Decampaeker, de conciërge van het gemeentehuis, en daarna aan kleermaker Bruno Vanslambrouck. Veel lantaarns waren er niet vandoen omdat er ’s avonds na 20u niemand meer op straat was. Het was nog in de tijd van ‘vroeg in bed’ en ‘vroeg uit de veren’.
In 1921 kregen we elektrische verlichting. Op 10 november 1921 verklaarde Maniel Vandenweghe zich te willen gelasten de gemeente elektrisch te verlichten. Onmiddellijk na de eerste oorlog werd bij gebrek aan gas opnieuw overgeschakeld op petrollampen.
Op 17 september 1921 was er slechts één kandidaat voor het aansteken van de lantaarns, dat was Paul Houtekiet. Het werk werd hem toegestaan tegen 1 frank per dag en per lantaarn, mits het leveren van petrol en lantaarnglazen. Hij heeft het voorstel van de gemeenteraad niet aangenomen. Op 25 maart 1923 werd het contract tussen de gemeente en Maniel Vandenweghe afgesloten. De particulieren werden verplicht de nodige leidingen te laten vastmaken aan de huizen, dit volgens een beslissing van de gemeenteraad van 10 november 1921.
Voor de oude Passendalenaren was deze manier van verlichten geen nieuwigheid. Rond de jaren 1885-1890 vond er in Passendale een muziekfestival plaats waaraan 15 muziekmaatschappijen hun medewerk aan toegezegd hadden. De kiosk werd ’s avonds elektrisch verlicht. DE heren Christiaen en Lescouwier, de twee pioniers van die tijd, zorgden voor de inrichting bij Nestor Vandenweghe, de vader van Maniel Vandenweghe. Een massa volk kwam om de muziekuitvoeringen te beluisteren en tevens om de verlichting te bewonderen.
In het midden van het marktplein waren twee hoge masten (sparren) geplaatst voor de ‘arclampen’ met wit licht. De kiosk zelf was verlicht met koollampen die veel flauwer licht leverden dan de arclampen. De leiding werd gelegd en de controle uitgeoefend door Aloïs Honraedt. Hij was ook de eerste uitbater van de elektrische inrichtingen op de gemeente. De eerste elektrische verlichting in de spinnerij Debrouckère te Roeselare werd door hem gelegd. Dit feit werd me meegedeeld door zijn dochter, mevrouw Vandamme-Honraedt. Hij was uurwerk en regenschermmaker. Het was een ‘selfmade’ man met een ongekende stielkennis.
Op 30 juni 1927 sloot de gemeente een contract af met de maatschappij van Zwevegem. In 1932 werd het contract hiervoor afgesloten. Op 14 febriari 1938 werd het elektrisch licht goedgekeurd en op 23-4-51 en 23-6-51 stemt de gemeenteraad in met de voorstellen van de intercommunale Inelgas.
In het Wekelijks Nieuws van 22 maart 1974 lezen we: ‘2.500.000 frank voor openbare verlichting te Passendale. Nadat de hoofdwegen voorzien werden van een degelijke nieuwe openbare verlichting (Westrozebekesteenweg – Zonnebeeksesteenweg – Italiëstraat) en nadat ook in 1973 een eerste faze van landbouwwegen met een nieuwe verlichting uitgerust is, werd nu een nieuw project ter tafel gelegd voor een bedrag van 2.500.000 frank.
Het werk omvat 3 delen die echter gelijktijdig zullen uitgevoerd worden:
1. Sierverlichting van de kerk met projectoren
2. Verlichting van het centrum met volgende wegen; Molenstraat, Karabiniersstraat, Canadalaan, Kraaiveldstraat, Casselstraat, Sterrestraat, Martinegatstraat, Grenadiersstraat, Doornkouterstraat, Oude Moorsledestraat, Rozestraat en Marktplein.
3. Faze II: landelijke wegen, omvattende volgende straten; Schipstraat, Vijfwegenstraat, Spilstraat, Rozestraat, Canadalaan, Doornstraat, Wieltjesstraat, Wallemolenstraat, Goudbergstraat, Haringstraat, Osselstraat, Zuidstraat, Mispelarestraat, Nachtegaalstraat, Kleine Roeselarestraat, Groenestraat, Potegemstraat en Nettestraat.
Eens dat het project uitgevoerd is, mag men aannemen dat heel Passendalevernieuwd zal zijn voor wat betreft de openbare verlichting’.
–
Uit de handschriften van Gabriël Versaevel


