banner
mrt 26, 2021
1306 Views

Kwalijke geuren

Written by
banner

Anno 1851, op de 28ste mei, werd in Ieper een nieuw gemeentereglement goedgekeurd om de sanitaire voorzieningen van de stad te verbeteren. Huizen die een gevaar betekenden voor de publieke gezondheid mochten niet meer bewoond worden. De eigenaars ervan hadden één maand de tijd om de nodige maatregelen te nemen en als dat na die periode niet gebeurd zou zijn dan zou er een bord aan de gevel geplaatst worden met de titel ‘woning gesloten wegens gezondheidsredenen’.

De stadsarchitect zou na de sanering van de woning zijn goedkeuring moeten verlenen om het bord te verwijderen. In de toekomst moesten de eigenaars, indien ze wensten een huisje of een extra kamer bij te bouwen in hun koeren en tuinen een officiële aanvraag doen, met daarbij de nodige plannen in te dienen bij de burgemeesters en schepenen, voorzien van de gewenste afmetingen en oppervlakte en op welke manier er voorzien werd om het afvalwater te lozen.

De waterafvoer van alle woningen moest gebeuren met een aansluiting op de stadsriolering op een manier die gevraagd werd door de stad. De vloeren van het gelijkvloers in de woningen moesten tenminste 18cm boven het straatniveau liggen. Verhuurde kamers mochten maar een aantal bedden bevatten in verhouding met de grootte van de ruimte met een minimum van 14m³ per persoon. Slaapgelegenheden op de vochtige grond werden streng verboden en moesten vervangen worden door een houten bed dat minstens 60cm boven de grond stond om er een goede verluchting van het bed te waarborgen.

Elke kamer moest voorzien zijn van een schouw met een pijp die minstens 1 meter boven het dak moest uitstijgen. Elk huis dat diende om bewoond te worden moest over een latrine beschikken die degelijk geventileerd was en geen stank kon afgeven. Putten of beerputten die een bedreiging vormden voor de publieke gezondheid moesten zonder uitstel hersteld worden.

Het werd uitdrukkelijk verboden om vuilnis op te stapelen of te laten rondslingeren op de openbare weg, op de binnenkoeren, in de woningen of tuinen. Meer bepaalde dierlijke beenderen, bloed, darmen en ingewanden, dierlijke uitwerpselen, of alles wat slechte geuren of ongezonde dampen kon veroorzaken.

Het was verboden om stilstaande wateren te hebben op de binnenkoeren of mest op te slaan. Het was voor de marktkramers en voor de inwoners verboden om fruit- en groenteresten te deponeren op de openbare weg. Het was niet toegelaten om binnenshuis dieren te houden die van nature kwalijke geuren verspreidden, zoals konijnen, varkens, bokken, geiten, kippen, duiven, enz…

Eigenaars van alkoven en steegjes werden verplicht om die met kalk te witten, zowel de binnen- als de buitenzijde, net zoals de gangen en de steegjes. Na het vertrek van de huurders moest dat telkens opnieuw gedaan worden en in gevallen van een epidemie.

Uit ‘De Grote Kroniek van Ieper’ – werk in opbouw

Article Tags:
· · · · · ·
Article Categories:
terug naar het verleden
banner
http://www.dekroniekenvandewesthoek.be

Vlaamse geschiedenis zoals je die nog nooit beleefd hebt!

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *