Anno 1584, op de 10de april doet binnen Ieper, langs de Torhoutpoort, de glorieuze en […]
De represailles van het blauw bloed sterken de opstandige boeren in hun overtuiging dat ze […]
Najaar 1382. Heel Vlaanderen mag zich in de afloop van de slag van Westrozebeke dan […]
22 september 1583. Een vermetele koopman slaagt er in om een deel brieven binnen te […]
Het jaar 1382 loopt op zijn einde. Het slechte weer van het winterseizoen noodzaakt de […]
Onderweg in mijn bezoek aan de geschiedenis kom ik weer in contact met de Ieperse […]
4 augustus 1583. Het is de Walen menens met hun beleg. We hebben hier heel […]
18 augustus 1304. Op deze bloedhete dag stoten de Fransen op het leger van de Vlamingen en krijgen we dan eindelijk de langverwachte veldslag. Onze troepen hebben zich in de loop van de 17de in goede slagorde opgesteld.
‘Nieuwpoort mag van geluk spreken’. Ik laat René Dumon aan het woord in zijn boeiend geschreven geschiedenis van Nieuwpoort. De schrijver brengt me terug naar de junimaand van 1383. Een Engels leger is ontscheept in de Westhoek. De stad Nieuwpoort neemt geen risico en geeft zich prompt over aan de troepen van bevelhebber Spencer.
15 augustus 1583. Maandag. Omsingeld of niet, ons stadsbestuur ziet er geen graten in […]
De Erembalden zitten als ratten in de val. De afrekening op de moordende kliek die Karel de Goede botweg heeft vermoord, vangt aan. Dat hebben de prinsen van het land beslist. Zaterdag 12 maart. De prinsen noemt Galbert hen. Daniel, Richard, Thierry en konsoorten worden in elk geval met het nodig respect omschreven.
De euforie van de overwinning tegen de Engelsen en de Gentenaars houdt enkele dagen aan. Het duurt nog een tijdje vooraleer de Ieperlingen echt beginnen te beseffen in welke lamentabele toestand hun stad achtergebleven is. In het heetst van de strijd had er niemand enige tijd of aandacht besteed aan de verwoestingen en de vernielingen. Vooral de buitenwijken bevinden zich in een schrijnende toestand.
André Paeldinck, burger van Ieper en eveneens kapitein van de Boterpoort, heeft de voorhoede van de Engelse en Gentse legers opgemerkt. Ze zijn op komst langs de weg die leidt van Poperinge tot Ieper. Hij slaat vliegensvlug alarm. De nadering van de vijand gebeurt zo plots dat enkele bewoners van de Ieperse buitenwijken er door verrast worden. Een zekere Braem De Meule krijgt niet eens de tijd om zich terug te trekken in de stad.
Maar; het was jammer van het huis des Heren. Ja! Zeer jammer. Deze kerk was op die vreselijke dag ’s morgen nog de schoonste en de grootste van Veurnambacht. Bij het vallen van de avond was ze nog een rokende hoop as.