Pauwel Heinderycx schrijft zijn jaarboeken rond 1680. Met de hand uiteraard. De fanatieke beleving van […]
22 juli 1328. De strijdmacht van Frankrijk verzamelt zich bij Atrecht. 176 banieren verdeeld in […]
Mei. ‘Drimilchi’, ‘Driemelkenmaand’, ‘Bloeimaand’, ‘Woenstmaand’ (maand van de vreugde), ‘Vrouwenmaand’ (vermoedelijk is dat Freya) en […]
En zo kan ik verder met het leven hier in Veurne. Ik laat enkele evenementen […]
Eind 1792. In Ieper hebben nogal wat Franse vluchtelingen hun veiligheid gezocht. Die zijn nu […]
18 juli 1592. Al de gevangenen worden vanuit hun cellen aan het Zaalhof naar het […]
Eind mei 1644 staat deze bevelhebber klaar om de stad Grevelingen in de tang te […]
In Vlaanderen is de ellende alleen maar toegenomen de voorbije jaren. Brugge zit op zijn […]
Groot feest in Zillebeke Anno 1927, op de 10de van de januarimaand vond een eenvoudig […]
Naast de afwerking van mijn boek 10, werk ik nu al anderhalf jaar onverdroten verder […]
Ik ben weer naarstig geweest vanmorgen. Nog enkele weken te gaan om de voorlopige teksten […]
Het tweede deel van de Veurnse jaarboeken Ik zoom in op het tweede deel van […]
De studie van de spotnamen op stad en dorp, op mens en streek vormt een belangrijke bron om de geschiedenis van ons volk te achterhalen, om in de intiemste denkwereld van de Vlaming binnen te dringen.
En nu was er dus die nieuwe ziekte. De kerken en de kapellen zaten vol met ware gelovigen die bij God smeekten om hulp.
Wie denkt hier niet aan al ons overvloedig schinken en drinken. België is ’t land van belofte voor de heilige drankhandel.
In het jaar 1144 sluiten Brugge en Veurne vrede met elkaar. Zo komt er een einde aan de vijandschap die al sinds de tijd van Karel de Grote heerste tussen beide steden. Na een eerste kruistocht in 1138 vertrekt graaf Dirk voor een tweede keer naar het Heilig Land.
Onderstaand verhaal vonden we in een tijdschrift dat de naam draagt Durendal. In de jaargang van 1903 verscheen er onder de titel ‘Le Gris de Poperinghe’ onderhavig verhaal. Bizar, dat wel. Maar waarom juist Poperinge? We weten het vooralsnog niet. Heeft het wel iets te maken met Poperinge, behalve zijn titel?
De toestand in Vlamertinge Iemand die in het begin van de oorlog naar Frankrijk gevlucht is en nu maar pas naar de gemeente terugkeert, kan zich moeilijk een gedacht vormen van de ellendige toestand waarin de terugkerende bevolking verkeerde na de aanval van 28 september 1918.
2154 jaar voor Christus. Eerste cronicke. Beginnende van den aldereersten oorspronk, der vermaerde stadt Iper […]
Waar de Ieperse magistraat bericht dat er in 1247 wel 200.000 inwoners te Ieper gevestigd waren, en in 1485, in een verslag over de materiële toestand aan de Grote Raad van Mechelen, beweert dat er omstreeks 1408 nog 3 à 4.000 weefgetouwen in werking waren, dienen we beide gegevens als fantastisch en volkomen onjuist te verwerpen.
1381 7bre. Men gevoelde een felle aerdbevinge. In ’t eerste der 8e maend zonden die van Gend een groote krijgsmagt uyt na Deynze ’t welk belegert wierd, maer den bevelhebber Heylaerd van Poucke met veel edele verweerden hun zeer dapperlijk, de stad zeer versterkt geweest zijnde door den grave en door ’t water ’t welke bij middel van sluyzen in de gragten gebragt was.
Die de pest gewaer wierden in den arm of in het been deden het zelve lidmaet afhouwen op dat het vier niet voorder en zoude smijten. Nauwelijkx waeren d’ er eenige huysen of wegen van deze siekte bevrijd waeren. Op dat den vergiftigden stank geen hinder en zoude doen, saeg men alle geuren van geur stroyen. Het geene de meeste droefheyd veroorzaekte was het gebrek der middels het geene alle de geneesmeesters bekenden dat sij geene dranken en konden uytpeysen buyten die de welke sij nu tevergeefs hadden gebruykt. Overzulkx was den laesten toevlugt die den ersten hadde moeten zijn tot God den Opperheelmeester en waeren Samaritaen.
Met al die willekeur en die afpersmentaliteit is het niet moeilijk dat de moraliteit terugloopt in Ieper. De ‘God ziet u’ bordjes bestaan nog niet en de priesters hebben wel andere interesses dan de geestelijke integriteit van hun onderdanen. Er is amper sprake van nieuwe acquisities tijdens het bewind van abt Pierre. Het zijn blijkbaar moeilijke tijden voor het klooster. De Rubrum registers maken melding van een aankoop in januari 1247. Walter, de abt van Grimbergen, verkoopt aan de Ieperse proosdij alle eigendommen die zijn abdij bezit binnen de stadsmuren van Ieper. Het betreft opbrengsten van meer dan 9 pond afkomstig van verscheidene huizen in de stad en blijkbaar ook deels op de lakenhalle.
Wervik en Warwick zijn zowat Siamese tweelingen voor wat hun naam betreft: een nederzetting van mannelijke krijgers. Er rest mij nu nog het tussenvoegsel ‘via’ dat hier parmantig paradeert tussen de wijk van de mannelijke krijgers. Wie kent er niet de ‘Via Roma’ waar de wielrenners op vandaag voorbij racen tijden de klassieker Milaan-San Remo? Ik vind een perfecte Engelstalige beschrijving van het woord: ‘a road or paved part in a village or town’. Het geplaveide deel van de Wervikse nederzetting zorgt er voor dat de Romeinen haar de naam van Viroviacum toekennen. Via is van oorsprong trouwens ook Indo-Europees. Weg-ya.