Vanaf 1150 rijpen de plannen om een ongeëvenaarde commerciële halle op te richten. Een paleis van een lakenhalle. Met voor die tijd ongeziene, immense afmetingen. Deze keer in steen. Er is blijkbaar grote nood aan een professionele verkoopsruimte en aan een fabriekshal van voldoende omvang en uitstraling. Een industriegebouw nog voor de term wordt uitgevonden. Zo arriveren we in het jaar 1200. Woensdag 1 maart, om precies te zijn. Boudewijn van Constantinopel verblijft in Ieper tijdens de 14 dagen van het jaarfeest. De stad bulkt van de vreemde handelaars. Het is een ideaal moment om de eerste steen te leggen van het nieuwe reusachtige gebouw.
Arnulf de Bevere komt in 940 naar Vlaanderen
In Vlaanderen kan hij zich thuis voelen. Vlaamse graaf Arnulf I van Vlaanderen en Arnulf de Bevere zijn immers neven aan moeders kant. De vader van Arnulf I, Boudewijn II, was immers de zoon van Alfred De Grote. Beide Arnulfs hebben dus allebei dezelfde illustere grootvader. Arnulf I van Vlaanderen kan natuurlijk de ervaring die zijn neef heeft met het bouwen van burchten en versterkingen en zijn militaire expertise heel goed gebruiken. Vooral in het oogmerk van zijn strijd tegen de agressieve hertog Willem van Normandië. Arnulf de Bevere wordt op geen tijd de belangrijkste vazal van de graaf van Vlaanderen. Bij afwezigheid van de graaf, dient de Bevere het bestuur van het graafschap op zich te nemen. In ruil voor zijn expertise krijgt hij domeinen en gronden ter beschikking.
