Een pottenbakkerij van 3.000 jaar ontdekt in De Panne
In de grootse duinen van De Panne, heeft de dienst der opzoekingen van de Koninklijke Musea van Brussel, dit jaar, tijdens 17 weken opgravingen een pottenbakkerij ontdekt, dagtekenend van het ijzertijdperk, ’t is te zeggen van voor 3.000 jaar.
Sinds een veertigtal jaren had men op dezelfde plaats stukken van pottenwerk gevonden, maar zonder de betekenis ervan te vermoeden.
Na dat er wetenschappelijke opgravingen gedaan zijn, door een bevoegd personeel heeft men een zonderlinge driepikkel, in gebakken aarde gevonden waar de primitieve mensen, onder beschuttingen van stro de potten die ze gefatsoeneerd hadden, lieten drogen, vooraleer deze te bakken.
De indruk van het vlak van de driepikkel is in de bodem van de vazen afgedrukt, wat met zekerheid aantoont wat van deze eigenaardige driepikkels gemaakt werd. De kleine potten werden op zuiltjes van gebakken aarde gedroogd.
Men heeft ook ontdekt hoe deze primitieve mensen de potten bakten. Ze staken een soort lange en dikke nagels in de grond, doorheen platen van gebakken leem, van gaten voorzien. En tussen deze nagels, waarop de kleemaarden pot gezet werd, ontstaken ze vuur. De vlammen omringden heel de pot en verhardden hem. Deze twee schikkingen waren totnogtoe volkomen onbekend.
Een merkwaardig feit is, dat men nabij deze pottenbakkerijen verscheidene hopen polderleem ontdekt heeft en ook 1.200 meter verder een leemgrond van gelijke soort.
Ook heeft men bij tienduizenden scherven van pottenwerk gevonden, met eigenaardig ingesneden versierselen. Wat schijnt te bewijzen dat de pottenbakkerij op die plaats – een ‘eilandje’ vormde in de duinen dat sinds duizenden jaren niet meer door de zee overstroomd werd – gedurende minstens duizend jaar gevestigd was sinds het einde van het bronzen tijdperk tot bij het aanbreken van de grote Romeinse beschaving.
Men zal nu de tot op heden onbekende geschiedenis van de pottenbakkerij in dit primitieve tijdperk, de bijzonderste nijverheid in deze lang verlopen tijden kunnen terug samenstellen.
De potwerken, de bronzen juwelen, het alaam van deze nijverheid, enzovoort, zullen in de Koninklijke Musea rond eind januari 1928 tentoongesteld worden.
–
Uit ‘De Ypersche Bode’ van 8 januari 1928 – www.historischekranten.be –
