Zondagavond gebeurde er tussen Hoogstade-Linde en De Gapaard op de baan Veurne-Ieper een verschrikkelijk ongeval. Ziehier in welke omstandigheden.
Zondagavond gebeurde er tussen Hoogstade-Linde en De Gapaard op de baan Veurne-Ieper een verschrikkelijk ongeval. Ziehier in welke omstandigheden.
Op de recht en zeer brede baan die Oostende met Ieper verbindt, volgden drie automobielen in snelle rit, de ene gevoerd door Hector Leconte-Colette, de tweede door M. Carissimo, wonende te Roubaix, de derde een koers-automobiel door Georges Bacquet, eigenaar, wonende Inkermanstraat te Rijsel. Deze laatste was vergezeld van Eugene Pierre, 25 jaar oud, zoon van de ingenieur J. Pierre, wonende Rue de Turenne 54. Eugene Pierre is de opvolger van het oud huis Rossini, een inrichting voor verwarmingstoestellen te Rijsel.
De laatste automobiel had 50 paardenkracht en was niet voorzien van een koets. Heer Bacquet, de baan op zijn duimke kennende, wilde de eerste automobielen vooruit snellen en gaf aan zijn automobiel een snelheid van meer dan 100 kilometers in het uur.
Met die buitengewone rit was de automobiel van M. Carissimo al spoedig voorbij gesnord en M. Bacquet was op het punt die van M. Leconte voorbij te vliegen, toen een ijselijjke kreet weerklonk, gevolgd van ene geweldige slag en een dof gekraak. Al vorensteken had de auto zijdelings op een boom gebotst, door de schok een draai gemaakt en op een hoop kiezels terechtgekomen die langs de andere zijde van de baan lagen.
De geleider moet dan zijn tegenwoordigheid van geest verloren hebben of zijn voertuig geen meester meer geweest zijn, want dit werd alweer naar de andere zijde van de baan geslingerd, liep een weinig tegen een boom en botste dan met woest geweld tegen de volgende boom die, hij als het ware opklom, en kantelde om in de dijk, gans vernield.
De heer Eugeen Pierre, van zijn zitplaats geslingerd, kwam met het hoofd op een boom terecht, terwijl de nafte uit de ingedrukte vergaarbak wegvloeiende, in brand geraakte. M. Leconte stopte dadelijk en met zijn chauffeur snelde hij de gekwetsten ter hulp. Eugeen Pierre bevond zich in een erbarmelijke toestand, hij lag in de dijk met de vorenste as op het hoofd; het bloed gulpte hem uit mond en oren. De ongelukkige jongen had een schedelbreuk bekomen. Georges Bacquet die zich aan de stuurbaar had vastgeklampt was het rechterbeen gebroken.
Leconte reed dadelijk om een geneesheer; weldra waren twee geneesheren, van Lo en Oostvleteren ter plaatse die de gekwetsten de eerste zorgen toedienden en hen daarna naar het ouderlingengesticht van Oostvleteren, op enige stappen van daar, deden overbrengen.
Een kloosterlinge die Madame Hult-Wallaert in automobiel vergezelde, nabij de plaats van het schromelijk ongeval, bleef aan het lijdensbed van beide slachtoffers.
Een priester werd bijgeroepen maar Eugeen Pierre kwam niet meer tot bewustzijn. Hij stierf rond 12u15 zonder nog een woord gezegd te hebben. M. Bacquet was wanhopig, des te meer daar hij zijn vriend meegenomen had ondanks het verbod der ouders.Â
De ouders van Eugeen Pierre waren op reis naar Lourdes en hadden hun zoon verboden met de automobiel uit te rijden. Toen was hij naar zijn vriend Bacquet, die een koersrijtuig heeft, gegaan en zo waren beiden met de auto naar Oostende gereden. Madame Bacquet, vergezeld van een familielid, M. de Vriese is maandagmorgen toegekomen.
Bacquet is maandag reeds naar Rijsel overgebracht en het lijk van Eugeen Pierre woensdag. Maandag en dinsdag zijn er veel toeschouwers op de plaats van de ram geweest. De automobiel lag er nog gans in stukken en misvormd.
Het zal een wrede waarschuwing geweest zijn voor de automobielrijders die op die dagen daar voorbijgereden zijn. Dit verschrikkelijk automobielongeluk heeft te Rijsel en in de streek waar het gebeurde een algemene ontroering teweeg gebracht.
–
Uit de krant van 1908 – www.historischekranten.be –


