banner
mei 1, 2020
1499 Views

Gebroken potten

Written by
banner

Ja. Het Westland van Vlaanderen moet maar al te vaak de gebroken potten betalen voor ruzies en conflicten van onze graven en bestuurders. Niet alleen met de bezittingen van zijn inwoners maar vooral met het verlies van grondgebied. Slechts een klein deel van ons vaderland blijft nog over! Met weemoed en fierheid denken we terug aan dat oude land van dit vrije machtige Vlaanderen. Sedert het huwelijk van Boudewijn van de Ijzer met de Franse koningsdochter Judith in het jaar 863 voeren onze graven het gezag over Vlaanderen en Artesië. Maar Filips van de Elzas schenkt in 1179 dwaas genoeg Artesië als bruidsschat aan zijn nicht Isabella wanneer die trouwt met koning Philippe-Augustus. Daardoor komt het gebied natuurlijk onder directe controle van de Fransen.

Een stupide gift die voor veel oorlogen tussen Frankrijk en Vlaanderen zal zorgen. Artesië zal nog enkele keren in Vlaams bezit terugkeren maar in 1660 krijgt Lodewijk XIV het weer in handen, acht jaar later gevolgd door Duinkerke, Veurne, Ieper en Kortrijk die hij militair ingenomen heeft. Op het einde van zijn leven zal de Zonnekoning hoe dan ook Veurne, Ieper, Kortrijk en Doornik moeten afstaan. Dat gebeurt bij het Bareeltraktaat van 1713. Sindsdien zijn Sint-Winoksbergen (Bergues), Broekburg, Cassel en Belle (Bailleul) definitief Frans grondgebied.

Op het einde van de 18de eeuw behoren het Westland en Vlaanderen tot de Oostenrijkse Nederlanden en staat ze onder het gezag van de Oostenrijkse keizer. Samen met de staten van Brabant, Henegouwen, het Doornikse, Mechelen, Limburg, Gelderland, Namen en Luxemburg. De staat van Vlaanderen bestaan voor de tijd van Lodewijk XIV uit Vlaams Vlaanderen (West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen), Waals Vlaanderen en Keizers Vlaanderen (rechts van de Schelde).

Vlaams Vlaanderen behelst diverse Ambachten of kasselrijen; die van Ieper, Waasten, Belle, Cassel, Broekburg, Sint-Winoksbergen, Veurne en de stad Poperinge. De Ambachten van Veurne, Sint-Winoksbergen en Broekburg maken deel uit van het eigenlijke Westland, ook wel het ‘Platte Vrije’ genoemd. Bepaalde kwesties worden gemeenschappelijk beslist door een overkoepelende bestuursraad, genaamd ‘de Drie Banken’.

Acht Parochies met hun Spleten en Branken
Veurne-Ambacht of de kasselrij Veurne is wat nu nog overblijft van dat eertijdse Westland. Het gebied telt 42 parochies, onderverdeeld in een Noordvierschier en een Zuidvierschaar met inbegrip van de Acht Parochies met de Spleten en Branken. De Vlaamse steden beschikken elk over een schepencollege verantwoordelijk voor het financieel bestuur en de gewone rechtspraak. De burgemeester of de schout moet de misdadigers opzoeken en voor de schepenbank dagen. De baljuw (nu is dat de procureur) woont de zittingen bij in naam van de graaf of de landsheer. Elk van de 42 parochies beschikt over een eigen bestuur om hun eigen centen te regelen maar het zijn wel de schout en de baljuw die er op rechterlijk gebied de scepter zwaaien.

Op het grondgebied van het Westland en al die parochies is er ook sprake van een groot aantal burchten of heerlijkheden, afzonderlijke entiteiten die los staan van de lokale besturen en verantwoording afleggen aan de graaf of de landsheer en die elk op zich beschikken over een eigen afzonderlijke rechtspraak. De 42 parochies van de kasselrij beschikken dus samen over een schepencollege, het ‘magistraat der kasselrij’ die hun zittingen meestal houden in het ‘Lantshuys’ te Veurne.

Lodewijk Allaeys vertelt er op los en komt algauw terug op het onderwerp van de Fransen. Ja, het is lang geleden maar helemaal niet vergeten dat de Fransen op 11 juli van 1302 klop kregen tijdens de Guldensporenslag in Kortrijk. Daar struikelde het machtigste leger dat Frankrijk in de riddertijd op de been bracht onder de slagen van de Vlamingen. In die tijd was het Westland zeker niet van gevaar ontbloot. Onze graaf, Gwijde van Dampierre had negen zonen en acht dochters en wilde dat allen macht en aanzien zouden verwerven. Ze hadden geld en middelen nodig, centen die hij rechtmatig en ook met de harde hand probeerde in te zamelen. Alle middelen waren daarbij welkom. Extra munten slaan, boetes en het schenden van de gemeentelijke vrijheden. Niet moeilijk dat Dampierre de liefde van zijn onderdanen kwijtspeelde. Gwijde had daarbij nog de pech dat zijn chef, in die tijd leenheer genoemd de koning van Frankrijk was, een gierige klootzak met een geweldige geldzucht.

De chroniqueurs van zijn tijd omschrijven Filips de Schone als een ‘munteschrooder’, een valsmunter die niet aarzelde om de waarde van het Frans geld op te drijven. Als een sluwe vos wist Filips een en ander op de nek van Dampierre te wentelen. Zo eiste hij in 1295 twee percent van al de roerende en onroerende goederen die Vlaanderen bezat. Met daarbij de belofte om de helft van dat bedrag terug te schenken aan de graaf zelf. De Fransman kocht een deel van edelen om met goud en met beloften en daardoor kon de partij van de leliaards zijn plaats veroveren in onze geschiedenis. Twee jaar later werden talrijke Vlaamsgezinde edelen opgesloten in Franse gevangenissen. In 1297 wilde hij zijn slag slaan, onze Filips de Schone. Terwijl hij met een leger een aanval leidde op Rijsel om Vlaanderen binnen te vallen liet hij Robrecht van Artesië met een tweede leger los op het Westland.

Bij de Steengracht te Bulskamp
Augustus 1297 was het. De kasteelheren van Broekburg en Sint-Winoksbergen, allebei notoire leliaards leverden hun steden zonder slag of stoot in. De Fransen kunnen daardoor nu ongestoord tot in het hart van de Westhoek binnendringen. Ze kozen de weg naar Haringe. De landlieden van ter plekke waren er in volle paniek met hun goederen gaan schuilen in hun kerk. Om de dood van enkele van zijn krijgslieden (reguliere plunderaars) te wreken vond Robrecht van Artesië er niets beter op om het gebouw in brand te steken en de landlieden dood te slaan. De Franse opmars in Veurne-Ambacht ging nu richting de Duitse soldaten van Willem van Gulik, een kleinzoon van graaf Gwijde, die al de hele zomer de wacht hielden.

Die vreemde soldaten hadden nogal wat overlast veroorzaakt bij de lokale bevolking, de last van een vreemd leger te moeten dragen was niet bepaald gemakkelijk om dragen. Die overlast noopte het magistraat van de kasselrij om het voorbeeld van de burggraaf en de hoogbaljuw te volgen. Die twee waren ook al overtuigde leliaards en hadden al lang aan de Fransen beloofd van hun wapens op de Duitsers te richten als het op vechten zou aankomen.

Bij de Steengracht te Bulskamp was het zo ver. 15 augustus 1297. De Fransen werden eerst nog teruggedreven. Tot in de Vlaamse achterhoede de verraders hun leeuwenvanen wegwierpen en de Franse vlaggen van onder hun kleren trokken en hun Duitse kompanen in de rug vielen. De moordpartij was huiveringwekkend. Maar liefst 16.000 lijken bedekten de velden tussen Bulskamp en Veurne. Aan Franse zijde was de zoon van Robrecht van Artesië gesneuveld en daar waren de Vlamingen natuurlijk de dupe van. Willem van Gulik viel naast andere Vlaamse en Duitse ridders in Franse handen Robrecht schandaliseerde Gwijdes zwaar gewonde kleinzoon door hem in een ijzeren kooi van stad naar stad te zeulen om hem als Vlaamse trofee te laten uitjouwen. Tot uiteindelijk de dood een einde maakte aan deze crapuleuze marteling. Ook de inwoners van Veurne waren de pineut van het verraad van hun wethouders. De overwinnaar nam de stad in en vernielde ze met het vuur terwijl de Franse benden er rovend en moordend hun weg baanden. Wat een intrieste pagina uit de geschiedenis werd hier in 1297 toch geschreven!

De leeuw met zijn manen
Toch kwam er een einde aan die dramatische tijd. De Vlamingen droegen eerst het hatelijk juk van de Fransen, betaalden de zware boeten en belastingen en verdroegen de verwaandheid en minachting van de Franse verdrukkers. Maar toen de leeuw met zijn manen schudde en zijn gebrul door heel Vlaanderen hoorbaar werd trokken die van Veurne-Ambacht hun conclusies en namen ze wraak voor al hun lijden. De Veurnenaars vochten dapper op het Groeningeveld, onder het bevel van Staas Sporkin en behaalden de zege op de Fransen. Hun hoofdman werd tot ridder geslagen en aangesteld als hoofdbaljuw van Veurne. De overwinning in Kortrijk maakte een eind aan de slavernij.

De vredesregeling die geruime tijd later volgde legde Vlaanderen echter harde voorwaarden op waardoor er nog maar eens oorlogen op volgden. Een situatie die nog verergerde in 1322 met het aantreden van de nieuwe graaf Lodewijk van Nevers, nota bene een schoonzoon van de Franse koning. Onze eigen graaf die zichzelf bediende van een hoffelijke pracht en praal alsof hij de koning in persoon was. Erger was het dat al die decadentie moest betaald worden door het volk. Zware belastingen die hem alleen maar de vijandschap van zijn volk op de hals haalden. Tot de poorters van Ieper, Poperinge en Cassel hem uit zijn eigen land verjaagden.

Maar daarmee begon een nieuwe oorlog. Nicolaas Zannekin van Veurne had in het Westland 10.000 man verenigd en kreeg er nog 1.000 ter beschikking uit het Vrije. Met deze bende wachtte hij op de Casselberg op de komst van het machtig Frans leger, waar Lodewijk van Nevers in eigen persoon tegen hen zou meevechten aan de zijde van vermoedelijk 100.000 mannen. Op 23 augustus van 1328 was het Zannekin zelf die de aanval lanceerde maar uiteindelijk het Franse deksel op de neus kreeg. Duizenden mannen uit Veurne, Cassel, Sint-Winoksbergen, Broekburg, Poperinge en Nieuwpoort bleven achter op het slagveld. Cassel zelf werd ingenomen, geplunderd en verbrand. Graaf Lodewijk kwam zo weer in het bezit van zijn land en dat zouden de inwoners wel geweten hebben. Het regende terechtstellingen en verbeurdverklaringen. De stad en de kasselrij verloren hun zo gekoesterde vrijheden en voorrechten. Pas later kregen ze die deels terug.

Een (voorlopig) fragment uit deel 10 van ‘De Kronieken van de Westhoek’ – verschijnt in oktober 2020 –

Article Categories:
terug naar het verleden
banner
http://www.dekroniekenvandewesthoek.be

Vlaamse geschiedenis zoals je die nog nooit beleefd hebt!

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *