banner
dec 17, 2019
1094 Views

Grote brand te Wevelgem

Written by
banner

In de nacht van 11-12 maart 1822, omstreeks 10 uur ’s avonds, ontstond te Wevelgem een geweldige brand waarbij acht woningen in as werden gelegd. De toenmalige burgemeester van de gemeente, Jacobus Deblauwe, door het geschreeuw van zijn broeder Leo van dit onheil verwittigd, trad onmiddellijk op als officier van politie.

Hij liep buiten ‘roepende en tierende om d’inwoonders danof te waarschauwen, en ten zelven tyd het zelve te doen annonceren door het dapper kloppen der klokke’. Daarop ijlde hij zelf naar den brand.

Het vuur was ontstaan in de eerste van een lange rij woningen gelegen in het gehucht De Wijk, daar waar men nu het nummer 117 aantreft. De mensen van dat gebuurte waren dan bijna alle aan het slapen. Ze werden wakker gemaakt door het toegelopen volk ”t welk eenen allerbesten uytval had, gemerkt dat er nog mans, nog vrouwe, nog kinderen door de vlammen het leven verloren hebben, dog in aldergrootste gevaer geweest en door ’t vuur eenige aengeraekt geweest’.

Uit de acht brandende huizen had men nog veel meubelen kunnen redden. De brand kon een zo grote uitbreiding nemen omdat de bedreigde woningen gedekt waren met stro en in menig huis een hoeveelheid vlas geborgen was, terwijl een felle wind het vuur aanwakkerde. Ondervindend dat men de brand niet kon overmeesteren door het gieten van water en het gebruik van natte sargiën en lakens, werd er overgegaan tot het afbreken van de vijfde woonst van de rij.

Dit werk moest echter gestaakt worden omdat het vuur de redders bedreigde. Dan maar drie huizen verder gegaan, naar een woning die met pannen gedekt was, om ook deze woonst af te breken en het vuur dood te gieten. Water en nog water werd daartoe door de landslieden met aalkartelen aangevoerd.

De brand was bedwongen rond één uur van de nacht en ‘bij aldien de dapperheyd der werklieden niet aanhoudende geweest en hadde … er zouden nog ten minstens zeven huysen meer afgebrand hebben’.

De burgemeester heeft nog dezelfde nacht een onderzoek ingesteld om de oorzaak van de brand te vernemen. De bewoners van het huis waar de brand ontstaan was verklaarden allen dat zij reeds ter ruste waren, toen zij het vuur gewaar werden dat in hun zwingelkot ontstaan was.

Dit kot was een laag bijgebouwtje staande achter hun woning en was bereikbaar langs een wegeltje dat nevens het huis gelegen was. Zij veronderstelden dat een voorbijganger langs de muur had stilgehouden en dat de vunzende tabak van een pijp de brand veroorzaakt had, daar ‘langst diergelijke koten dikwils een zeker stof is hangende die zeer haastig ’t vuur aanneemt’.

Door twee experten, Adrien Vandermeersch uit Wevelgem en Marcelin Valcke uit Lauwe, werd de schade officieel geschat op 7826 nederlandse guldens. Een aanzienlijke som. Deze brand van 1822 was een les voor de ‘Regeerins Raed’ van Wevelgem, die nu zonder uitstel een ‘brand-reglement’ opstelde.

De Gouverneur van de provincie had reeds op 14 december 1821 de gemeenten verzocht een politiereglement op te stellen om brand te voorkomen en te bestrijden.

J. Vervenne in Biekorf van 1964

Article Tags:
· · · ·
Article Categories:
vergeten geschiedenis
banner
http://www.dekroniekenvandewesthoek.be

Vlaamse geschiedenis zoals je die nog nooit beleefd hebt!

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *