Hij komt van Kanegem betekent zoveel als: hij weet alweer van niets. Volgens een oude […]
Daar is niets zo lastig als vrouw te wezen en u goed uit de slag te trekken. Eerst en vooral moet ge net zijn, anders wordt ge niet gesteld. Een man mag nog zo lelijk zijn als ‘nen beer, toch zal hij geerne gezien worden. Hij kan ‘nen baard dragen over heel zijn gezicht, en als hij ‘ne grote mond heeft, ziet dat niemand.
’t Is lik akke mi ze makke’- Het zijn onafscheidbare vrienden.
Een sulfertje in tien en een pintje in een teugje: spaarzaam aan een kant, verkwistend aan de andere.