31 maart 1794. In Westouter hoort men de hele avond schieten. De Franse verkenners dwingen […]
Anno 1915, op de 17de april, een zaterdag, werd toch nieuwe hoop gewekt. Om 19u […]
Anno 1915, op de 25ste april. Voor onze zondag baden we een paternoster. In de […]
Hoe het leven in Passendale er uitzag in 1906, staat te lezen in onderstaand krantenartikel. […]
Zondagavond gebeurde er tussen Hoogstade-Linde en De Gapaard op de baan Veurne-Ieper een verschrikkelijk ongeval. Ziehier in welke omstandigheden.
Tijdens het vreselijk onweer dat hier dinsdagavond met geweld losbrak, ging Marie Kestelyn, 23 jaar oud, huiswaarts van een weide op 2 km afstand van de hofstede.
E je frites g’eten tè? Dat zegt men tegen iemand die het vertikt om goedendag te zeggen. En als die man dan vraagt waarom, luidt het antwoord ‘omdat je moend nog toeplakt van ’t vet’.
Besluit hieruit, christelijke moeder, voor alles in het hart van uw lieveling, een oprecht degelijk en diep plichtsgevoel in te prenten. Dan hoeft ge slechts zelden de moeilijke moederplicht van het straffen uit te oefenen en zeker hoogst zelden lichamelijke kastijding toe te passen.
Op het puntje van mijn stoel Poperinge heeft met de nodige moeite de periode van […]
‘Mijnhere Wouter de Vos en mijnhere Jhan van Score, ruddre’, bezitten ieder een zestal percelen of woningen die elk afzonderlijk goed zijn voor een oppervlakte van 23 are. Bovendien zijn ze de eigenaar van een kleine heerlijkheid buiten de kern. De heerlijkheid van Jhan in Ramskapelle bezit 14 hofsteden met een totale oppervlakte van 31 are. De mate van grondeigendom bepaalt in grote mate de plaats op de sociale ladder.
In het jaar 1913 in de zomer had men de vijver beginnen herstellen en vermeerderen. Het was een grote onderneming. In 1913 had men niet veel kunnen verrichten. In de winter niets. Men herbegon in de lente 1914 maar voor de oorlog kreeg men veel te weinig werkvolk (omdat de lonen ingevolge de arbeid niet zeer groot waren.
Die scheldwoorden deden de mate overloopen. De getarte landbouwer sprong op den amman toe, doch Malin de Cueninck kon hem vastgrijpen. Een slag op het hoofd van dezen laatste maakte den weerhoudene vrij, die opnieuw den amman te lijf wilde. Een tweede maal werd hij vastgegrepen. Met stampen en slaan ontwrong hij zich uit de handen van de Cueninck, en vloog als een waanzinnige zijn huis binnen.
Zoutcote, de zoutkant, later bekend geworden als Zuydcoote, moet al bestaan. In het jaar 121 wordt hier al het christelijk geloof gepredikt. Mardick, de haven en de Romeinse nederzetting. De golf van Itius die de vloot van Caesar herbergt en waarvan de Aa zowat het ultieme overblijfsel van is.