Wat nu gezongen?
'Geluk in 't huis', zei de vos en hij stak zijn hoofd in 't hennenkot. – 'De visschen hebben 't schoone', zeu Buyser, 'ze drinken als ze willen en ze moeten geen gelag betalen!' – 'Alle ambachten zijn smerig', zei de kosterinne, en ze stak een keirse in haar zak. – ''t Kan wel zijn', zei Bleekers en hij liep met zijn kloefen achter een haze. – ''t Is kerkewerk', zei Karel en zijn vumme vloog omver. – 'De zottigheid moet eruit', zei grootmoeder, en ze reed te peerde op een bezemstok. – 'Werken is zalig', zegden de begijntjes, en…
View More