In de loop der laatste jaren had landbouwer Gerard Lebbe, wonende op de Klokhofstede nabij ‘Het Zweerd’, Krombekesteenweg Poperinge, herhaaldelijk ondervonden dat dieven zijn hoeve bij nachte hadden bezocht. Ongeveer een maand geleden werd hem een 400-tal kilo graan gestolen van op de zolder van de paardenstal.
Aan de IJzerdijk ter hoogte van de ‘hoge brug’ bij de herbergen ‘het Fort’ en ‘De Kroon’, was er nog een concentratie van enkele huizen. Met zijn ± 633 inwoners op 843 ha, meer dan viermaal de oppervlakte van Diksmuide, kon men Kaaskerke toen dun bevolkt noemen.
In de gemeente Alveringem werd een man die iets kon in de kamer van een vrouw, die door de mare bereden werd, binnengeroepen. Hij nam een handvol droog zand, sprak enige woorden en wierp het zand in de lucht en overal in het rond onder de tafel, de stoelen, de kasten, in ieder hoekje.
Maandagavond werd heel de gemeente Pollinkhove in opschudding gebracht door de mare dat er een moordaanslag gepleegd was in de gemeente.
De landbouwer Hendrik Claire had sinds lang schuldige betrekkingen met een jonge vrouw aangeknoopt. Deze woonde over enige tijd nog bij hem in. Maar, omdat zijn wettelijke huisplaag het rozenpotje ontdekt had, was hij verplicht geweest zijn hartsvriendin uit de voeten te maken.
Na eeuwen van Romeinse bezetting zijn de oude Galliërs en de Romeinse nieuwkomers niet meer van elkaar te onderscheiden. De Galliërs bestaan niet meer, de oude Belgen zijn een herinnering. De Romeinse soldaten zijn gaan samenwonen met Gallische vrouwen. Het nieuwe volk mag dus inderdaad best als een mix van Gallo-Romeinen bestempeld worden, een normaal fenomeen na een intermezzo van 15 generaties van leven, werken en voortplanting.
In de uiterste oosthoek van de gemeente Stavele, langs de weg Stavele-Elzendamme; tussen de IJzer en de Poperingevaart; bezuiden de rijksweg Ieper-Veurne, staat een grote mooie hofstede. De eigenaar ervan is de heer Vrederechter Arthur Lahaye, de bewoner en uitbater is de heer Valere Quaghebeur, schepen van de gemeente. Die hofstede wordt in aller mond ‘Eversam’ genoemd. Het is alleen die naam en een deeltje van de hoevegebouwen die ons nog wijzen op het vermaarde klooster dat er eertijds stond en heerlijk bloeide.