Op dinsdag 17 april 1906, omstreeks 11 uur ’s avonds, verschaften drie gewapende mannen zich met geweld toegang tot de hoeve van Amand Baillieu, gelegen aan de Kruisboomstraat te Oostvleteren
Waar dat Mauprez daar woont, ’t was ’s avonds, je ging daar binnen. Je vroeg als de boer thuis was. ‘Jaa’j, zei de boerinne. ‘Weet je gij dat je schoonzeune dood is?’ vroeg Pollet.
Dank zij Julietje was de overval mislukt. Het enige noodlottig gevolg was dat Gabriëlle Veys-Goethals, die een tweede kindje verwachtte, door deze gebeurtenissen een miskraam had. Julie Capelle (°Staden 13-05-1859 +Westrozebeke 05-03-1952) werd te Vlamertinge “Julietje van Feysens” genoemd omdat ze gedurende 75 jaar te Vlamertinge in dienst geweest is bij de familie Veys, waar ze bij drie generaties vergroeid en vastgeworteld was.
Er waren in de streek reeds heel wal overvallen gebeurd door de bende van Pollet, die actief was van 1898 tot 1906. Bendelid Lapaer, bijnaam voor Camiel Guyaerd van Poperinge, wist dat de gebroeders Veys er als handelaars in hommel warmpjes inzaten. De bende beraamde een inbraak en om 11 uur ’s avonds kwamen Abel Pollet, Lapaer en twee bendeleden uit Wevelgem, Verbeke en Dekimpe, toe aan de woning Veys.