banner
Jan 11, 2021
917 Views

Tybaarts geslacht

Written by
banner

 Anno 1861, verdiepte Théophile Lansens, een leraar aan de Rijksmiddelbare school te Ieper zich over het Kattenfeest van zijn stad. Het was uit de noordse Godenleer bekend dat de katten in vroegere tijden een voorname rol speelden. Ze waren aan de wagen gespannen waarmee Freya, de zuster van de geduchte Wodan haar goddelijke broer naar de oorlog vergezelde.

De eerbied voor de mystieke dieren had hier met Wodans leer wortel geschoten. De Solmonath (februari) werd gehouden voor het tijdstip waarop de katten de voortteling van hun geslacht het meest betrachtten, deze maand die heden ten dage nog altijd als kattenmaand werd genoemd. Daarom werden er in sommige streken vreugdebedrijven ter ere van Freya’s lievelingen gehouden. Men geloofde ook dat de vermenigvuldiging van deze half goddelijke dieren zonder tussenkomst van mannelijke wezens kon geschieden.

Bij deze ontbering – zegde Roguet – moest men een kattin een Napeta (een bepaald kruid) wrijven. Deze bevoorrechte huisdieren genoten door hun nauwe betrekkingen met de voornaamste der godinnen onder de mensen zulke grote vrijheden dat ze in enkele streken van Germanië – onder de benaming van Esse, voor het zinnebeeld van de vrijheid doorgingen. Dat was in het kort de hoogachting waarin de katten bij ons heidense voorouders bekend stonden. Deze eerbied en de goddelijke verering van Tybaarts geslacht verminderde naarmate het christendom veld won, want alles wat aan het heidendom toebehoorde moest door de katholieke kerk neervallen of gewijzigd worden.

Om de oude leerbegrippen bij de nieuwbekeerden hatelijk te maken stelde men ze voor als uitvindingen of ingevingen van een boze geest. En dat was ook het geval ten opzichte van de katten. De zielenherders ondernamen alle pogingen aanwendden om de nieuwbekeerden om hun afgodengodsdienst niet te laten hernieuwen en ze door hun preken hen probeerden af te wenden van hun zotte symbolische ‘mommerijen’ die voornamelijk in februari plaatsvonden. Maar toch bleven ze maar verder hun oude gebruiken aanhouden omdat ze daarin hun meeste dierlijke voldoening vonden.

En vermits de godsdienst en de gezonde rede niet bij machte waren om ze van die gewoonte af te trekken trachtte die gebruiken maar een christelijke plooi te geven. Zo waren er in Ieper nog altijd diverse gebruiken die ons nog aan het heidendom herinnerden. Van deze soort was het Ieperse kattenfeest. Maar de oeroude geest ervan was nu helemaal omgekeerd. In de plaats van dit feest ter ere van het voorttelen van de katten te vieren werd het nu gehouden ter verzaken ervan, zonder dat de bevolking een verandering aanvoelde in de symboliek van de viering. Om deze zinnebeeldige verzaking van de afgoderij uit te drukken wierp men onder het luiden van de klokken verscheidene katten van het hoogste van de toren. Deze handeling was vol betekenis.

Door het werpen van de katten – Freya’s lievelingen – op een symbolische manier af te zweren en er aan te verzaken. Hoewel de geest van dit feest omgekeerd was, moest het zo dicht mogelijk op zijn oorspronkelijke datum doorgaan, om het zo te zeggen in de kattenmaand omdat het volk graag zijn tradities en data respecteerde. Men koos voor het kattenfeest de vastenperiode om zo met de geest van boetvaardigheid die dan heerste wat te doen aan de grote losbandigheid van de heidense feesten.

Het kattenfeest kon echter niet gevierd worden op de eerste zondag van de vasten want er was nog een belangrijker feest dat niet mocht verzuimd worden, namelijk het sollenfeest, waarvan de maand die de Romeinen in hun tijdwijzer met de naam van februari bestempeld hadden, haar benaming had gekregen. Dit feest bestond in het uitdelen van een soort van koeken die in de taal van onze bevolking ‘sollen’ genoemd werden.

Vrienden en kennissen gingen elkaar bezoeken, aten en smulden en leverden zich aan aan vreugdebedrijven. De tot het christendom bekeerde Ieperlingen zagen niet zo snel af van dit feest en ze bleven maar hun sollen bakken om hun vrienden uit te nodigen aan hun dis. Maar deze bijeenkomsten werden niet langer gehouden ter ere van heidense goden, men deed deze sollen onder het synoniem van ‘kraker’ symbolische toewijzen aan het Heilig Sacrament van het altaar. Vandaar ook de oorsprong van Krake-zondag.

Het kattenfeest werd dan ma ar op de tweede zondag van de vasten gevierd en diende nu om de foor of de foire af te sluiten. Om de vreemdelingen vermaak aan te bieden gaf men vroeger veel poeha aan dit feest waardoor er een grote menigte buitenlieden naar de stad aangetrokken werd. Van daar was het, dat dit heidense kattenfeest – in weerwil van de beschaving – tot op onze dagen staande gebleven was.

In de Scandinavische godenleer waren de ‘wetekeyen’ of de waarzeggers groot in gezag omdat hun bediening in nauw verband stond met die van de priesters. In alle netelachtige omstandigheden werden deze bedriegers steevast geraadpleegd. Ze verrichtten veel van hun gewaande toverpraktijken met kattenvellen en de hersenen van deze dieren hielden ze voor een krachtig gif. Het was waarschijnlijk van daar dat men de kinderen deed geloven dat het inzwelgen van kattenhaar hen de dood kon veroorzaken.

Het bijgeloof met betrekking tot tovenaars en katten was bij de eenvoudige lieden nog niet omvergeworpen. Ze geloofden immers nog altijd dat de tovenaars en toveressen onder invloed van Satan nog altijd de gedaante van katten aannamen en zich ’s nachts verenigden en daar – door de boze geest voorgezeten – zich op een dartele manier vermaakten en kwaad beraamden.

Uit ‘De Grote Kroniek van Ieper’ – werk in opbouw

Article Tags:
· · · · · ·
Article Categories:
terug naar het verleden
banner
http://www.dekroniekenvandewesthoek.be

Vlaamse geschiedenis zoals je die nog nooit beleefd hebt!

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *