Ieper. Maurice was op jacht zo gelukkig geweest twee schone moortelvette patrijzen te schieten, en daar hij wist zijn beste vriend ermee plezier te doen, besloot hij hem ’s anderendaags een aangename verrassing te bezorgen.
Een sulfertje in tien en een pintje in een teugje: spaarzaam aan een kant, verkwistend aan de andere.
Onderstaand verhaal vonden we in een tijdschrift dat de naam draagt Durendal. In de jaargang van 1903 verscheen er onder de titel ‘Le Gris de Poperinghe’ onderhavig verhaal. Bizar, dat wel. Maar waarom juist Poperinge? We weten het vooralsnog niet. Heeft het wel iets te maken met Poperinge, behalve zijn titel?
Den dezen die vele werkt, he’t geen tijd om geld te verdienen.
Die twee honden kunnen toch wel erg moeilijk akkoord geraken over dat ene been!
Het is gie zelve die het boek van joen leven schrijft.
Lacht è keer: het verbetert de weirde van joen oanzichte!
Ze kwaamen were al zingen oek dikkers al wemelen
Een droppel wyg waeter maer oek een paere pintjes
De familie was daer en zelve “de kouzyntjes”
Die in ’t middel van ’n nacht hadde goeste van spelen!
Gewoonlijk gebeurt de oplossing der moeilijkheden stilaan. Mevrouw zal de geur van tabak eerst dulden, maar later zelfs graag rieken indien haar man een roker is. Mijnheer zal wel verdragen dat zijn vrouw zich enige tijd, die hem eerst te lang scheen, met haar opschik bezig houdt.