Anno 1914, op de 1ste augustus, zaterdag. Om 4u30 ’s morgens werd er gebeld. Het […]
Elke morgen opnieuw rapen de stadsdiensten de doden op die de nacht niet hebben overleefd. Veel liggen al op het kerkhof waar ze het laatste bittere eind van een dramatisch verlopen leven ondergaan. De meesten hebben niets anders beleefd dan oorlog en geweld.
‘E zit mi ze kop in ze schoôt’.
‘E zit in de patatten’.
‘E leeft tegen ze goeste’.
Ik schrijf u zonder geneeren,
Ge moet me ekskuzeeren,
Dat ik zondag niet en kwam
met mijn velo of den tram.
Maar ik en mijn vrouwe Katriene
Met onze kinders alle zeventiene
Reeds voor de tweede maal had men het bosch doorlopen, toen op den boord gekomen, eene fazant opvloog. Een jager, dit ziende, draaide zich haastig om en schoot, met het ongelukkig gevolg dat een der opjagers, die een vijftal meters achter hem stond, de volle lading op zijds in ’t hoofd kreeg en viel om nooit meer op te staan. De hersens en het bloed spatten tot op den naastbijzijnden wildopjager.