Een van onze lezeressen biedt ons volgende eigenaardige opmerkingen aan uit het vrouwenleven, zegt een Hollands blad, aan de vrouwlieden van Vlaanderen te oordelen of ze waar zijn!
Een van onze lezeressen biedt ons volgende eigenaardige opmerkingen aan uit het vrouwenleven, zegt een Hollands blad, aan de vrouwlieden van Vlaanderen te oordelen of ze waar zijn!
16 jaar: het meisje is erg beschaamd voor de opmerkzaamheid van de mannen
17 jaar: bekomt enig denkbeeld van tedere neigingen
18 jaar: verbeeldt zich bemind te worden door een knap jonge mens die haar op een partijtje enige vleierijen heeft gezegd.
19 jaar: houdt zich ingetogen om daardoor mee te worden opgemerkt.
20 jaar: wordt modeziek en meent dat het haar mooi staat.
21 jaar: het vertrouwen op haar uiterlijk schoon neemt toe, de hoop op een voordelig huwelijk wordt levendiger.
22 jaar: slaat een goede partij van de hand omdat de man geen knevels draagt en weinig van ontspanning houdt.
23 jaar: gaat graag met jongemannen om.
24 jaar: verwondert zich dat ze nog ongetrouwd is.
25 jaar: wordt omzichtiger in haar gedrag.
26 jaar: begint in te zien dat een groot vermogen niet noodzakelijk is om gelukkig te zijn.
27 jaar: schat het gezelschap van bedaarde verstandige mannen hoger dan van jonge leeglopers.
28 jaar: wenst vurige op een fatsoenlijke manier getrouwd te zijn.
29 jaar: begint te twijfelen of het wel ooit gebeuren zal.
30 jaar: de vrees neemt toe dat ze een oude jonge dochter zal blijven.
31 jaar: wordt koket en pronkziek om er jonger uit te zien.
32 jaar: wordt voor partijtjes onverschillig.
33 jaar: verwondert zich dat de mannen het gezelschap van een gevoelvolle vrouw kunnen versmaden.
34 jaar: is hoogst gelukkig wanneer zij met een man in gesprek kan zijn.
35 jaar: wordt jaloers als men andere vrouwen prijst.
36 jaar: twist met haar getrouwde vriendinnen.
37 jaar: bemerkt dat ze in gezelschappen verwaarloosd wordt.
38 jaar: spreekt graag over vrouwen die ongelukkig getrouwd zijn en vindt troost in hun ellende.
39 jaar: de kwade luim neemt dagelijks toe.
40 jaar: mengt zich graag in andermans zaken en wordt kwaadsprekend.
41 jaar: wanneer ze rijk is, laat ze als een laatste poging een nog jeugdig maar arme jongeman bemerken dat ze op hem verliefd is.
42 jaar: wanneer deze poging mislukt dan schimpt ze op alle mannen.
43 jaar: ze wordt streng van leden en kijkt zuur.
44 jaar: vindt vermaak in het kaartspel en houdt van babbelen.
45 jaar: voorliefde voor een bedaarde ouderling.
46 jaar: woede omdat de goede mannen niet op haar gezelschap gesteld zijn.
47 jaar: wanhoop. Ze begint te snuiven.
48 jaar: brengt al haar liefde op honden en katten over.
49 jaar: neemt een arme bloedverwante in huis om die op te voeden.
50 jaar: scheidt zich helemaal van de wereld af en viert haar kwade luim op haar bloedverwanten bot.
En voor het overige is het al ruttelen en pruttelen, de wereld draait tegen haar goesting, maar tegen wil en dank moet ze maar mee draaien.
–
Uit de krant van 1911 – www.historischekranten.be –


