Dat het niet al suiker en zeem is in het huwelijk, dat wist Narden van Sussens warempel goed. Narden had thuis nooit erg veel te zeggen gehad en meestal gestaan waar dat de borstel staat.
Als men getrouwd is moet men eveneens veel kunnen verdragen. Niet iedereen is baas in zijn huis lijk ik. Daar zijn er velen die staan waar dat de borstel staat en die moeten dansen naar de pijpen van hun vrouw.
Naast een degelijke kennis van de zee en haar visgronden moet men ook een dosis geluk hebben in de opbrengsten, om een schone reist en goede besomming te maken. Ten eerste komt het er op aan de vis te vangen, ten tweede zonder pech de thuishaven te bereiken en ten derde in de vismijn een goede prijs voor zijn ‘vangste’ te bekomen.
’t past lijk nen hoed up nen borstel (het past in het geheel niet)
Hij heeft een borstelsteirt ingeslokt (hij is lang en mager)
Hij heeft in de seule gestampt (hij heeft een flater begaan)