Het Vloedgad is dus dat schorrengebied rond het aangelegde kanaal. De natuur blijft natuurlijk ook […]
Hoe wonen onze voorouders in de vroegere tijden? Tot ver in de jaren 1000 wordt […]
De hoogten van Terrest en van de de Kaaiaard zijn bekleed met keivelden (silex of vuursteen, koppekeien). Die silexen werden ter plaatse bewerkt, wat blijkt uit de splinters die daar lagen. Ook moeten bewerkte silexen overgebracht geworden zijn uit Henegouwen (Spiennes).
Wie langs rijksweg 65 uit de richting Oostvleteren komt, aan het begin van Woestendorp rechtsaf zwenkt aan de ‘Centiemhoek’ en dan de Tempelstraat volgt, komt na zo’n 300 meter aan een lichte bocht.
Korte tijd na de oorlog van 1914-1918, was Jules Willaert, kleingebruiker te Westouter, bezig met zijn bos gelegen op ‘Het Morthof’ te reunen, toen hij midden zijn werk een aarden pot bedoken met een steen uitgewroeteld.
Er was eens een gezin met twaalf jongens en er kwam een dertiende bij. Dat kind groeide of bloeide echter niet. Zijn vader werkte bij een boer en hij pakte hem altijd mee in zijn onderlijfzakje.
‘Zo oud als de straat’ is een bekend Vlaams spreekwoord dat erop wijst dat de […]
Emmeric Vandecasteele, een landbouwersarbeider uit Woesten, probeerde af en toe een haas of konijn stilletjes naar de andere wereld te helpen.
Douvie. De heerlijkheid van Douvie had voor eerste bezitters de stam van ‘de le Douve’ van wie Sanderus afkomt met de naam van ‘Diederik’ die al in 1202 in de geschriften van Ieper geboekt staat.
Ik zal u een vertelderke vertellen, dat ik gehoord heb in mijn jongste jaren, en dat ik nog nievers geboekt en hebbe gevonden; ’t is het vertelderke van Ko Lukkeboone. Luistert:
Een meisje van een elftal jaar, E. Nuyten, was ’s morgens naar de school gegaan en het moest bij de schoenmaker 75 centiemen dragen voor vermaakte schoenen.
De oorsprong van de naam van Vlaanderen
Er is nog een heikel punt waar hij het wil over hebben: de oorsprong van het woord ‘Vlaanderen’. Nogal wat geschiedschrijvers hebben er hun hoofd over gebroken en eigenlijk staat het nog altijd niet vast hoe de naam van ons land er gekomen is.
Kijk eens naar Ieper op vandaag. Waar is het water nu? Aan de noordoostkant zien we het kanaal en de Ieperlee, aan de zuidwestkant de ‘Verdronken Weiden’. De komst van het water in 260-270 was een (afgezwakte) herhaling van wat er zich al had afgespeeld 1000 à 1500 jaar voordien. Het water 5 à 10 meter hoger. Beeld u dat eens in? Alleen de heuvel, de prairie van Ieper, bleef gespaard van het rijzende water. En er waren twee havengemeenschappen. Briel (Breuil) en de omgeving van het Zaelhof en de Zuudstrate (de latere Rijselstraat), niet toevallig nog steeds met elkaar verbonden met de ondergrondse Ieperlee. Zeker al in 270, kijk maar naar de ‘ille’ namen waar we het al uitgebreid over hebben gehad. Hier leefden beslist al mensen 1000 jaar voor het begin van onze nieuwe tijdsrekening.
De reiziger die nu langs de wegen van het West-Vlaamse platteland reist, denkt geen ogenblik […]
Tussen Beveren en Hondschote, niet ver van de Franse grens, is er een ronde, diepe […]