Het jaar 1662 vangt aan met ongelooflijk felle vorst, onstuimige winden en onweer. Niemand heeft […]
Onder grijze haren schuilen
dikwijls blonde gedachten.
Tot de 13de eeuw, tijdstip van de grote ontginningen, bestond ons land vooral uit onvruchtbare grond.
Op het koerken, in de zunne,
zaten, zeven in getal,
oude vrouwkens, rond èn tafel
t’hoope voor ne… koffiebal.
Wie langs rijksweg 65 uit de richting Oostvleteren komt, aan het begin van Woestendorp rechtsaf zwenkt aan de ‘Centiemhoek’ en dan de Tempelstraat volgt, komt na zo’n 300 meter aan een lichte bocht.
In de huizen waar niemand thuis was hebben alles meegenomen wat hun dienen kon, in vele herbergen betaalden ze niet, van hooi en strooi bedienden ze zich naar willekeur en namen een goede voorraad mee. Bij Jules Maerten en bij Hilaire Lievens stalen zij een paard en bij Petrus Braem 1 paard en 2 velo’s.
Jan IV (1383-1388). Sanderus en de schrijvers van de ‘Gallia Christiana’ vermelden de man niet eens, maar toch zijn er twee stukken die naar de nieuwe proost verwijzen. Uit welk gat hij vandaan komt, weten ook de schrijvers van de cartularia niet.
Hoe dikwijls reeds hebben we gemeld dat de gendarmen hele karrenvrachten oud ijzer hebben aangeslagen? Niettemin wordt die handel voort gedreven en we mogen er aan toevoegen dat de frontbewoners daarin niet helemaal ongelijk hebben.
Een moordpoging gepleegd door een 20-jarige jongeling op een herbergierster uit de Pottestraat heeft hier zaterdagnamiddag de bewoners van deze wijk in opschudding gebracht.
De “Hoge Andjoen” te Werken Te Werken, in het hartje van West-Vlaanderen, aan de zoom van de vallei van de Handzame, bijrivier van de IJzer, ligt een reusachtige terp of mote, in de volksmond “Hogen Andjoen” (ajuin) genaamd.
Te allen tijde is de mens genegen geweest om in de geheimen van de toekomst door te dringen. In plaats van het verleden met ernst te overwegen, en daaruit nuttige lessen voor het vervolg te trekken, ziet men hem steeds ijdele pogingen aanwenden om hetgeen, dat nog moet geschieden, te raden.
Wervik en Warwick zijn zowat Siamese tweelingen voor wat hun naam betreft: een nederzetting van mannelijke krijgers. Er rest mij nu nog het tussenvoegsel ‘via’ dat hier parmantig paradeert tussen de wijk van de mannelijke krijgers. Wie kent er niet de ‘Via Roma’ waar de wielrenners op vandaag voorbij racen tijden de klassieker Milaan-San Remo? Ik vind een perfecte Engelstalige beschrijving van het woord: ‘a road or paved part in a village or town’. Het geplaveide deel van de Wervikse nederzetting zorgt er voor dat de Romeinen haar de naam van Viroviacum toekennen. Via is van oorsprong trouwens ook Indo-Europees. Weg-ya.