We vervoegen de jaarboeken van Veurne die het hebben over het jaar 137. Keizer Adrianus […]
De Goten, de Visigoten en de Vandalen. Er is nog geen sprake van de Romeinen […]
Sinds de Franken van Karel Martel, (door hem de Karolingische periode genoemd) is heel Frankenland […]
Karel Martel heeft het geschopt tot opperheer van Frankrijk en heeft tijdens zijn leven de […]
Rond het jaar 420 zijn de Salische Franken onder leiding van hun koning Pharamond onze […]
Vanaf de 7de eeuw krijgen we de eerste info over de infrastructuur in onze streek. […]
De voorbije dagen ben ik begonnen aan een nieuwe kroniek: ‘De Kroniek van Brugge’. Alvast een voorproefje (heet van de naald)
e zee krijgt vrij spel over dat uitgebreide kustgebied van Buck. Geen dijk of duinen zijn er om het zoute zeewater van de laagvlakte ten westen van de lijn tussen Roesbrugge en Aardenburg af te houden. Het achterland van Buck bestaat grotendeels uit ‘boschagie’, bossen en wildernis. Het is het meest westelijk gelegen aanhangsel van het bos van de Ardennen. Hier zwerven grote groepen wilde dieren rond, in het bijzonder reebokken, ‘bucken’, die uiteindelijk deze naam aan het toenmalige Vlaenderen schenken: ‘het land van Buck’. Gevangen tussen de wouden bevinden zich het dorp Oostburch en de stad Rodenburch, die later Aardenburg zal genoemd worden.
Het mag eigenlijk wel verwondering wekken dat over de geschiedenis van Harelbeke tijdens de middeleeuwen nog bijna geen studies gemaakt werden. Er zijn toch genoeg archiefbronnen voorhanden. Wat gepubliceerd is, beperkt zich tot de z.g. forestiers en het kapittel. Wel bevindt zich heel wat handschriftelijk werk uit de rode eeuw en het begin van de 1oste eeuw in het kerkarchief; vooral J. Ferrant heeft heel wat aantekeningen nagelaten.
Zoutcote, de zoutkant, later bekend geworden als Zuydcoote, moet al bestaan. In het jaar 121 wordt hier al het christelijk geloof gepredikt. Mardick, de haven en de Romeinse nederzetting. De golf van Itius die de vloot van Caesar herbergt en waarvan de Aa zowat het ultieme overblijfsel van is.
In zynen tyd was Constantinus keyzer van Roomen, en Karel-den-Grooten voornoemd koning van Vrankryk. De gemaelinne van Liederik was eene vorstinne uyt Germanien, genoemd Flandrina. Eenige willen dat Karel-den-Grooten Vlaenderen, na deze vrouw, den naem gegeven heeft die dit land tegenwoordig voerd. Naer vele getrouwe diensten die Liederik aen dezen vorst bewezen had, gaf hy hem geheel het land van Vlaenderen, tot aen den zeekant toe, met alle de goederen die zynen vader bezeten had, en maekte hem, in de tegenwoordigheyd van alle zyne edellieden, bestierder van Vlaenderen, op den 17 january van het jaer 796.
Boudewijn de imperialistische trekjes geërfd van zijn voorouders. Als hij de kans krijgt om aan de oostelijke kant van de Schelde een gebied te verwerven ter grootte van zijn bezit aan de Westelijke kant, waarom zou hij dan nog twijfelen?
Vlaanderen is ingedeeld in gouwen Sinds de Franken van Karel Martel, (door hem de Karolingische […]