Emmeric Vandecasteele, een landbouwersarbeider uit Woesten, probeerde af en toe een haas of konijn stilletjes naar de andere wereld te helpen.
Daar waren ne keer twee soldaten, Crabbe en Sparre, die te oud waren om nog in het leger te dienen en te lui om te werken. Daarom gingen zij bedelen; maar ze werden omtrent overal slecht ontvangen; ze en kregen bij kan niet: men zei hun dat ze kloek en gezond waren en maar en moesten werken om de kost te winnen
Tussen Beveren en Hondschoote, niet ver van de Franse grens, is er een ronde, diepe put, de Paddeput genaamd.
‘k Peinsde wel dat er iets haperde, zei Klaai en hij schepte een pad uit […]
Tussen Beveren en Hondschote, niet ver van de Franse grens, is er een ronde, diepe […]