Wie denkt hier niet aan al ons overvloedig schinken en drinken. België is ’t land van belofte voor de heilige drankhandel.
Wie denkt hier niet aan al ons overvloedig schinken en drinken. België is ’t land van belofte voor de heilige drankhandel.
Nederland telt één herberg voor 170 inwoners, Duitsland één voor 210 inwoners, Noorwegen één herberg voor zevenduizend vijfhonderd inwoners, en België, niettegenstaande de slechte tijd, telt 190 duizend herbergen, of één herberg voor 36 inwoners, dat is voor 8 huisgezinnen of, vrouwen en kinders afgerekend, voor 12 mannen, van boven de 17 jaar, de herbergier ook meegeteld.
Niettegenstaande de slechte tijd, werd er in België van 1898 tot en met 1901 voor 605 miljoen frank jenever gedronken, of voor 150 miljoen frank per jaar!
Van 1898 tot 1901, niettegenstaande de slechte tijd waarover ook vele rijken bitter klagen, bleven de wijnkelders goed voorzien. Er werd in België 1.175.000 hectoliter wijn ingevoerd. Gerekend tegen 130 frank de hectoliter maakt dat 152 miljoen frank.
De Engelsman drinkt jaarlijks 147 liter bier; de Duitser 125 liter en de Belg ondanks de slechte tijd 250 liter bier!
Als wij bij die 152 miljoen frank, verteerd aan wijn, de 615 miljoen voegen, verslonden door het monster Jenever, en de 1,346 miljoen frank verzopen aan bier, dan staan we voor de verbazende som van 2,107 miljoen frank, of 526 miljoen frank ’s jaars, meer dan een half miljard!
Zodat op elke dag, die opkomt, België, niettegenstaande de slechte tijd, één miljoenen en 440.000 frank aan drank uitgeeft!
–
Uit het Nieuwsblad van Yperen en van het Arrondissement van 26 september 1903 – www.historischekranten.be –