Wilt ge genieten van vrede

Zijn ’t leugens,
ik liege achter.
–
Den eenen helpt de zalve,
den anderen, ’t potje.
–
Armoede en lekkernij
zijn nichten van hovaardij.
–
Zwart op wit
onthoudt wel.
–
Vieze zwijns
worden nooit vet.
–
Al dat ge ziet en oordeelt het niet,
al dat ge hoort en gelooft het niet,
al dat ge weet en zegt het niet,
al dat ge meugt en doet het niet!
–
De sneeuwbal en het lasterwoord
groeien onder ’t rollen voort.
–
Het herte lacht niet iedere keer
als de mond lacht.
–
Langst eet,
langst leeft.
–
Wilt ge genieten van vrede
pak die dan niet af van anderen.
–
Van vele teren en vele smeren
komt vele duchten en vele zuchten.
–
Een kleine gramschap
vermeerdert de vriendschap.
–
De tijd is altijd groot,
alleen de menschen zijn meestal klein.
–
Rap in ’t vak
is geld op zak.
–
In zeggen en doen,
gaat recht in uw schoen
–
Arbeid verwarmt
leegheid verarmt

–
Als er geen opstoker is,
stilt de twist.
–
Al te begeerlijk
maakt oneerlijk
–
Beter grote knecht
dan kleine baas.
–
Waar het hoofd wil
volgen de leden.
–
Den dwaas draagt
zijn herte in zijne mond.
–
Overvloed
bederft ’t gemoed
–
Wie niets kwaad doet
moet niets vrezen.
–
Wie in beklag is
heeft geen gebrek
–
Wie te zere loopt
valt stille.
–
Wie je veel bewijst
bewijst nieten.
–
Een mage met honger
heeft geen oren.
–
Een vette keuken,
een mager testament
–
Geen ding gekker
dan lui en lekker
–
Geluk en ongeluk
dragen elkaar op de rugge.
–
Het beste antwoord
is stille zwijgen
–
Ieder dak
heeft zijn ongemak.