De enigste maniere om vrienden te maken is d’er zelve een te zijn. – De […]
Westhoekse wijsheden uit 1911 Een kwade tong kan ons verder brengen dan onze benen ons […]
Hoe meer ge buigt voor iemand, hoe arroganter hij zal zijn voor u. – Met […]
Westhoekse wijsheden uit de jaren 30 Goede raad wordt veel gegeven, goed hulp is raar […]
Ze woonden langs de vaart. Al heel lang, van geslacht tot geslacht, te Beernem op ‘de Gevaarts’, langs de Gentse vaart tussen Moerbrugge en Bloemendale.
Hier verkoopt men pijpen;
kleene stelen
maar grote stelen meer..
Liefde zonder eer of maat
Is lijk alcohol van 60 graad
Liefde zonder eer of maat
’t Is lijk alcohol van 60 graad
’t Prikkelt en verdooft de zinnen
En ’t verbrandt een mens van binnen
’t Is beter een veugel in de hand als twee op d’haeghe.
Wat baat de keerse en bril, als den uyl nie zien en wil.
Veel menschen goan dood up hunder vuuventwintig en worden maar begraven op hunder vuuventjeventig.
Wie klaagt over zijn ouden dag moet maar è keer peinzen up ’t alternatief.
Hoe oud zoe’j zijn oj niet moeste weten hoe oud daj zijt?
De eigenliefde is de grootste vleiege van de weireld.
’t Is moeilijker om geluk te verdragen dan ongeluk te verdragen.
‘Van o je sprikt je moend gaat open’ – Al uw verlangens worden schijnbaar ingewilligd.
‘ ’t Is oed vuul’ – Oud nieuws dat terug wordt opgerakeld.
‘ ’t Is è schete in è netzak’ – De zaak wordt deerlijk opgeschroefd.
Twee katten aan een’ muis,
Twee vrouwen in een huis;
Twee honden aan een been,
Komen zelden overeen.
‘E stikt ’t viertch’ in brand”.
‘E zoe duust duvels doen vichten”.
‘E dume d’rin vetten’- Zich verkneukelen in de miserie van anderen.
Ter inleiding: de koeke van kinders was zo één van die kinderkwalen waar men voor ging dienen. Een soort vage buikziekte die gepaard ging met maagkrampen, spijsverteringsklachten en andere ongemakken van de darmen.
Een moordpoging gepleegd door een 20-jarige jongeling op een herbergierster uit de Pottestraat heeft hier zaterdagnamiddag de bewoners van deze wijk in opschudding gebracht.
Zwijgen is de beste maniere van communicoatje.
Die plekke hier wos van te voaren leeg.
’T leven is goekoop, maar de opties zijn redelijk kostelijk.
O’j droenke geweist zijt, meug je nooit kwoad zijn up ’t bier.
Daar was ‘ne keer een moeder, en z’hadde twee meiskes, en z’heetten alle twee Karlientje. Tegen ’t eene en zeiden de mensen niet anders als Wit Karlientje, omdat het zo schone was; maar zijn moeder en koste ’t onder heur ogen niet zien, omdat het heur eigen kind niet en was. En ’t andere was Zwart Karlientje bij de mensen, omdat het zo bruin en zo lelijk was; maar, Zwart Karlientje was het liefste gezien van zijn moeder, en ’t kreeg al wat dat ’t wilde.
Ik heb mijn hart verloren.
Langs een groene weg.
Op stap,
met alleen maar mijn gedachten.
Elk hart zal wel een orkaan zijn
en elke ziel een zee van sterren.
Je geest een meteoor,
losgeslagen door zijn zwaartekracht.
Hij trekt erop lijk een snottebelle op een oester
’t herte is goed maar den omloop deugt niet
Hij heeft de koorts in zijn onderbroek
De malchance komt naar ons als knuppels naar de honden
Handen van de bank, ’t vlees is verkocht (lachend gezegd van iemand die een verloofd meisje ten dans vraagt)
Ze goan mank aan ’t zelfste been (ze hebben hetzelfde gebrek)
‘k goan het deur de billen jagen (ik ga het opeten, verteren of verkwisten)
Hij heeft natte voeten (hij is dronken)
Met de draai en de gang en de mode van onze vrouwenhoedjes ben ik weinig bekend. En ik spreek er enkel van als iemand die, hetzij in de feestzalen, hetzij langs de straten, hetzij ja, zelfs in de kerk, willens gedwongen is te kijken naar die blinkende, blekkende overvloed van appels en peren, krieken en pruimen, eiers en beiers, kruiden en bloemen, ranken en bramen, lintjes en strikjes, zijde en pane, kant en tuil, hooi en strooi en wat weet ik al!