Lui, lekker en vele meugen

 Kinders is verdriet, die geen heeft en weet het niet
–
Klapgeld is geen tooggeld
–
Kleedt nen ezel in ’t satijn,
en ’t zal nog nen ezel zijn
–
Kleene keteltjes hebben grote oren
–
Kleene maandag, grote weke
–
Kleene potjes lopen lichte over
–
Klinkende munte verstoan ze overal
–
Korte rekeningen maken lange vrienden
–
Koud bier maakt warm bloed
–
Kouten gaat zeere en beloven
vult geen zakken
–
Kunnen missen is menselijk
Willen missen is duivelijk
–
Kunt ge niet wat ge wilt
wilt dan wat ge kunt
–
Ku’j niet geven
weg zijn de neven
–
Leegaards zweet zit lichte gereed
–
Lichte trouwen
doet lange rouwen
–
Lichte voeten,
lichte zinnen;
schoon van buiten
vuil van binnen.
–
Liever nen gezonden bedeloare
dan nen zieke keizer
–
Liever vrij en geen eten
dan nen vullen buik aan nen ijzeren keten!
–
Lui, lekker en vele meugen

zijn drie dingen die niet en deugen
–
Maandagmane
is een waterkrane
–
Magere vlooien bijten scherp
–
Mans en honden
gaan hunder ronden;
katten en wuven
moeten thuus bluven
–
Men legt altijd het zwaarste werk
op de oudste ezels
–
Deur te manken
leert men kreupel gaan
–
Misschien, bijkans en bijnaar
en zijn nooit geen waar
–
Modepoppen
losse koppen
–
Moedverlies
is erger dan bloedverlies
–
Moeten is nen strengen baas
–
Schone vult de derms niet
–
Natte maarte en droge aprul
is den boer zijn schure vul
–
Ne zot en moet niet geschilderd zijn:
hij schildert ze zelven wel
–
Niemand hinkt
van een anders zeer
–
Niemand genoemd
is niemand gelasterd
–
Niet en kost
niet en deugd
–
Nieuwe heren, nieuwe wetten
Nieuwe rokken, nieuwe spletten